Перевод: с английского на нидерландский

in nood leert men zijn vrienden kennen

1 a friend in need is a friend indeed

in de nood leert men zijn vrienden kennen, een echte vriend is iemand die je in tijden van nood hulp biedt

English-Dutch dictionary > a friend in need is a friend indeed
2 friend

n. vriend; bekende; iemand die een ander steunt; iemand die van een ander houdt ( tegengestelde van vijand); Quaker (lid van de Quakerbeweging)

friend

[ frend]

1 vriend(in) ⇒ kameraad, kennis, collega

2 vriend(in) ⇒ voorstander/ster, liefhebber/ster

♦voorbeelden:

1   deserted by friend and foe alike • door vriend en vijand in de steek gelaten

     friends in high places • goede relaties

     my learned/honourable friend • geachte collega

     after their quarrel they made friends again • na hun ruzie legden ze het weer bij

     make friends with someone • bevriend raken met

     〈 spreekwoord〉 a friend in need (is a friend indeed) • in nood leert men zijn vrienden kennen

2   he's been a good friend to us • hij is een grote steun voor ons geweest

¶ the Society of Friends • de quakers

     Friends of the Earth • Vrienden der Aarde 〈 milieugroepering〉

English-Dutch dictionary > friend
3 a friend in need (is a friend indeed)

a friend in need (is a friend indeed)

in nood leert men zijn vrienden kennen

English-Dutch dictionary > a friend in need (is a friend indeed)

Freund (Subst.) — 1. Allermanns (Allerwelts) Freund, niemands Freund (jedermanns Geck). – Simrock, 2750; Winckler, X, 16; Eiselein, 185; Kirchhofer, 354; Reinsberg III, 143. Dem Allerweltsfreunde empfiehlt W. Müller: »Willst du der Leute Liebling sein, sei… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Noth (Subst.) — 1. Ai d r Nût fresst d r Taif l Flîja. (Oesterr. Schles.) – Peter, 453. 2. Aus der Noth hilft kein Schreien (Handeln). 3. Aus der Noth in den Tod. 4. Aus Noth trägt mancher Mann Sammthosen. (Görlitz.) Weil die Wochentagshosen zerrissen sind, muss … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Mann — 1. A blind man may perchance hit the mark. – Tauben und Hühner Zeitung (Berlin 1862), Nr. 6, S. 46. 2. A Mann a Wort oder a Hundsfott. (Ulm.) 3. A Mann wie a Maus ün a Weib wie a Haus is noch nit gleich. (Jüd. deutsch. Warschau.) Will sagen, dass … Deutsches Sprichwörter-Lexikon